Hoi! Ik kookte vandaag niet. Mijn man wel. En mijn man houdt van bami. Van bami met een pinda-achtige saus. Dus zoiets maakte hij. En het was verrukkelijk.
Wie is de ster in de keuken?
Mijn echtgenoot kan fantastisch koken. Al doet hij daar altijd heel bescheiden over. “Ja nee boefje”, ja zo noemt ie mij, behalve als ie kwaad is, dan ben ik opeens Dorien, maar dat terzijde, waar was ik? Oh ja! “Ja nee boefje”, of “aapje”, aapje noemt hij me ook wel eens, maar niet als ie kwaad is dus, eh, oh ja, “Ja nee boefje (of aapje dus) jij bent toch echt de ster in de keuken hier in huis”. Wat heel lief is.
Want ik weet wel waarom hij dat doet. Hij is ook al de begenadigde multimuzikant, een van de beste singersongwriters van Nederland, een bevlogen filosofiedocent, muziekleraar, workshopleider, aanvoerder van een waar gilde, een zeer verdienstelijke organisator van van alles en nog wat en een genuanceerd scherpe columnist. Daarnaast wint hij altijd van mij, met scrabbelen, klaverjassen, pesten, noem het maar op. En hij kan ook harder rennen dan ik. Maar dat heeft ook te maken met zijn langere benen, gelukkig.
Dus iedere keer als ik tijdens het eten van een van zijn heerlijke creaties, want het kan natuurlijk ook niet anders dan dat zo’n man ook nog eens een schepper in de keuken is, verzucht: “potdomme ga je me nu ook nog outshinen achter het fornuis?!” probeert hij me ervan te verzekeren dat dat zeker nooit het geval kan zijn!
En daar heeft hij ook wel gelijk in.
Wie maakt de bami?
Ik heb hem wel even gevraagd wat ie vandaag op het aanrecht aansneed, door elkaar husselde, aanbakte en afkookte. Hij noemde het gerecht Thaise veganistische bami goreng (whut!? Ja echt…) Aldus:
Ingrediënten:
400 gram kant en klare roerbakgroenten
Een stronk broccoli, uit elkaar gejenst in roosjes
1 ui, gesnipperd
1 knoflookteen, fijngesneden
1/2 verse rode peper, ook fijngesneden
4 eetlepels sesamolie (veel he?!)
1 handje pinda’s
250 gram mienestjes
Voor de pindatomatensaus:
1 eetlepel pindakaas
ketjap manis
blik gepelde tomaten
25 gram cocos crème (santen)
knoflook
peper
zout
kerriepoeder
speculaaskruiden
kruidnagel
citroengras
Bereidingswijze:
0. Hoe je die mienestjes klaarmaakt staat op de verpakking dus dat gaat goed.
1. Blancheer de broccoliroosjes.
De pindasaus:
2. In een steelpannetje de in stukjes gesneden gepelde tomaten, pindakaas, flink wat ketjap en santen doen en al roerend opwarmen.
3. Alle kruiden en specerijen naar smaak erbij mikken, niet te zuinig. Lekker laten sudderen ter bevordering van het smaakniveau. Overigens stamp ik die gepelde tomaten altijd in de pan fijn met mijn houten pollepel, net zo makkelijk en dan begint het roeren ook gelijk lekker agressief.
In een nieuwe pan:
4. 2 eetlepels sesamolie opwarmen, knoflook die je zo fijn gesneden hebt fruiten en de broccoliroosjes en het handje* pinda’s stevig opbakken, broccoli mag knapperig worden. Of wokken, als je dat zo wil noemen op onze laffe Hollandse fornuispitjes.
*Handje zelf bij voorkeur niet toevoegen trouwens, tenzij je daar van bent. Of je het gerecht dan nog veganistisch kunt noemen betwijfel ik.
5. Scheut ketjap erbij.
Andere pan, ander projectje:
6. Fruiten in 2 eetlepels sesamolie: die ui met zijn eeuwige snipperdagen en dan die verse peper die je net ook zo fijn gesneden hebt ook.
7. Roerbakgroenten nu in de pan kieperen, zout eroverheen flikkeren en flink hard maar kort opbakken. Of wokken, zo je wil.
8. Giet de mie maar af en bak nog even mee met de roerbakgroenten.
9. En nu heb je dus drie pannen met spul dat je naar believen kunt opscheppen en combineren.
Ik heb één foto van mijn eigen bord gemaakt, voor Instagram was dat. Ik wist nog niet dat ik dit bericht zou schrijven. Maar hierzo:
Doei!