Frutsilli Glanerbrugese met deftige ovenroosjes

Hoi! Ik frutselde een pastasaus in elkaar met linzen en bliktomaten en mijn man vond het naar Bolognesesaus smaken. Wat mooi is maar ook bijzonder, gezien de kruiden die ik gebruikte. Die waren niet echt des Bologna’s namelijk. Gewoon bij elkaar gestrooid in een keuken in Glanerbrug, die kruiden. De keuken waarvan een makelaar ooit zei: “ja ik begrijp dat u deze keuken zo snel mogelijk wil vervangen, zij is echt niet meer van deze tijd.” Waarop ik verbaasd uitriep “maar meneer! Weet u wel wat dat kost?!” Ik kook nog steeds met veel plezier en gemak in precies diezelfde keuken. En die makelaar zei niet echt “zij” toen ie het over de keuken had, dat had ik wel onthouden. Ik heb net zelf opgezocht wat het geslacht van het woord “keuken” is. Vrouwelijk heeft de voorkeur. Vanzelfsprekend.

De bloemkoolroosjes uit de oven in een warme vijgenbalsamicoazijndressing, ja chic hè, die ik bij de frutsilli Glanerbrugese serveerde, deden het zeer goed en tilden de maaltijd naar een voornamer plan.

Ik presenteer u hier de ingrediënten voor een stevige armeluis pasta zonder luizen, uiteraard, maar met gedistingeerde roosjes, zonder doornen, uiteraard:

Voor de frutsilli Glanerbrugese:
– fussilli voor twee (of andere pasta)
– 1 pot of blik linzen (400 gram), uitgelekt en afgespoeld
– 1 gesnipperde ui
– 1 gesnipperd teentje knoflook
– 1 gesnipperd stukje verse rode peper, met of zonder pitjes
– kurkuma
– kardemom
– citroengras
– nootmuskaat
– kruidnagel
– 1 blik gepelde tomaten
– agavesiroop
– een handje verse basilicumblaadjes
– als je wil edelgistvlokken
– zout
– olijfolie
Voor de vijgenbloempjes:
– 1 bloemkool verdeeld in roosjes
– pittige speculaaskruiden
– zout
– een paar eetlepels vijgenbalsamicoazijn, maar dit mag ook andere azijn zijn zijn zijn
– agavesiroop

De oven ging op de hoogste stand en een pan met veel water ging op het fornuis. Een bakplaat werd bekleed met bakpapier en de bloemkoolroosjes verspreidden zich over de plaat. Er werd kundig en rijkelijk met pittige speculaaskruiden gewapperd over de bloemkool en de bakplaat ging zo de oven in, zonder olie, vet hè?! Neen, slank juist. De roosjes toefden dertig minuten in de hitte, onderwijl werden ze een keer of drie omgeschept.

In een heetgebakerde bakpan liet ik een tweetal eetlepels olijfolie lopen. Zodra die olie heet was gingen de stukjes ui erin. Vervolgens de knoflook en dan ook de peper. Na wat geopbak van dit alles togen de linzen in dit smaakvermaak dat nog meer opgesmukt werd met flinke horten en stoten van de volgende kruicerijen: kurkuma, kardemom, citroengras, en wat kleinere schokjes nootmuskaat en kruidnagel. Hupsaklots! Een blik tomaten erbij en een kneep agavesiroop. Laat maar lekker trekken die smaken, op een zacht vuurtje.

Ik stortte de pasta in het reeds kokende water en wachtte tot hij naar mijn smaak gaar was. Ja, “pasta” is een mannelijk woord, van papa. In het Italiaans is het juist weer “la pasta”, di mama. Andere taalfamilies hè.

Ondertussen verhitte ik de balsamicoazijn met een flinke scheut agavesiroop in een pannetje, en liet dit een klein beetje indikken.

Ik goot de pasta af, vermengde hem met de Glanerbrugese linzensaus en een handje fijngemaakte verse basilicum en maalde er nog wat zeezout over. De roosjes werden uit de oven gehaald en in een schaal gestopt. Ik besprenkelde ze met de dikke warme azijn en crushte er weer wat zeezout overheen.

Op een bord geschept en opgegeten.

En nog een bord opgeschept, en nu ook met edelgistvlokken gestrooid. Niet echt nodig. Wel lekker ook.

Oh nog iets. Mijn man deed alle dingen met de bloemkool, niet ik. Maar dat zie je ook wel aan de zinsbouw. Ook de bloemkoolovenfoto maakte mijn man. Ik maakte wel de deftige dressing. Oh, en ik schudde de bloemkool drie keer om in de oven, ook nog! Saai hè, feitelijkheid. Die twee borden hierboven lijken trouwens verdacht veel op elkaar. Dat is raar.

Doei!

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven