Koken en gekookt worden zonder bloggen. Over douchegeluiden en backing flavours.

Hoi! Oh wacht, ik heb het koud en ben vies, heb net gesport, ik ga eerst warm douchen. Doei!   Hoi! Geen zorgen ik ben warm en schoon gedoucht nu. Ik doe de douche wel eens na trouwens. Ik maak dan een geluid, “ggggggg, ggggggg, ggggggg”, zoiets, doe met mijn vingers het vallende water na en ik kijk daar dan heel waanzinnig mallotig geërgerd bij. De eerste keer dat ik dat deed, lang geleden, liep ik langs mijn douchende echtgenoot. Hij moest toen heel erg hard lachen. Nog steeds moet hij er om lachen trouwens, hij doet het zelf inmiddels ook. We doen het tegenwoordig ook bij watervallen, regen, kranen, van alles met water en de zee. De zee, die mijn man daarbij overigens ooit “een laffe klotser” noemde. (Mijn man noemde de zee zo, niet de zee mijn man.) Dat vond ík dan weer hilarisch.    Oh ja, koken, bloggen en eten. Nou ja, gisteren heb ik niet tijdens het koken geblogd omdat ik geen zin had. Ik flanskookte wat aan met een rest soep. Nu heb ik wel zin om te bloggen maar mijn man kookte vandaag. Dus ik babbel even wat weg over beide avondmalen. Verwacht geen uitgeschreven recepten, sorry.  

  Gisteren maakte ik een soort van spaghetti bolognese, maar dan zonder dieren. Alhoewel, onze kat was wel degelijk in de buurt. Ze hielp me niet mee, voor zover ik weet. Ik had gisteren nog een restje van de overdreven simpele linzensoep van de dag daarvoor over (klik hier voor informatie over die soep). Die heb ik vermaakt tot de spaghetti. Hoe?    Gesnipperde ui, knoflook en verse (of gedroogde) peper bakte ik (dat doe ik eigenlijk altijd wel, die drie dingen bakken in het beginstadium van het kokererellenfestijnderjoepiedapoepieindiekeuken, misschien moet ik het een naam geven. De backing flavours bijvoorbeeld. Ja, die vind ik wel mooi.)   Goed, de backing flavours waren op een gegeven moment warm gezongen en ik heb toen gewoon dat restje soep, dat vrij stevig was overigens, niet heel nat, zo over de achtergrondsmaken heen gegoten en de show laten stelen. Ik had nog een tweede solist achter de hand in de vorm van een blik tomatenblokjes dat er ook bij kwam swingen en de boel werd nog wat opgesmukt met kaneel en kruidnagel.   Nou ja, en als je die orkestleden lang genoeg op elkaar in laat spelen wordt het vanzelf een mooie eensgesmaaktheid. En dat doe je dan over spaghetti en dan moet je toch bekennen dat zo’n flansmaaltijd toch wel je hart kan stelen. Eventueel strooi je er dan nog wat kaassmaker of alleen edelgistvlokken overheen. Ja nou ja, en dan weet je gewoon dat je niet meer terug kan, dan moet het gebeuren hè. (Overigens probeerde ik in deze alinea een voetballer na te doen, maar ik heb misschien te weinig verstand van voetballen om het goed over te laten komen dus ik zeg het er maar even bij.)   Het bijprogramma was een slaatje van stukken tomaat, stukken avocado, stukjes zongedroogde tomaat en een dressing van mosterd, pruimenazijn (ja daar is de pruimenazijn weer!), agavesiroop, peper en zout.  

  Tja en vandaag kookte mijn man weer eens heerlijk! Op tafel stond A. couscous met rozijnen:  

  B. backing flavours bijgestaan door borlottibonen, ananas, maïs, stukken tomaat, komijn, kruidnagel en zout:  

  C. een soort dressing van tomatenketchup, mosterd en ananassap die naar believen hier en daar overal of nergens overheen geplensd (“ggggggg, ggggggg, gggggg”) mocht worden, D. extra maïs en E. gebakken stukjes tofu:  

  Dat alles leidde tot het volgende bordbeeld en kreten van vervoering, want appetijtelijk was het:  

  Doei!                                          

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven